Enkele typische instituties van de organisatie van het volk
In grote delen van zwart Afrika is het ‘principe van de autoriteit’ één van de karakteristieken. De autoriteit van de vader komt van de chef van het dorp. Dit komt, door het geloof en het ‘overleven’ van de voorouders. Deze worden nog steeds in hoge ere gehouden.
De familie is de hoeksteen van de Afrikaanse samenleving, oud, zowel als modern. Het begrip ‘familie’ moet goed onderkend worden. Alle afstammelingen van dezelfde voorouder noemen elkaar ‘broer’ of ‘zuster’. Het is meer een ‘clan’, waarvan de leden door bloedverwantschap met elkaar verbonden zijn, waardoor ze strikt solidair zijn en afhankelijk van de vader, de Chef de famille. Zijn autoriteit staat niet ter discussie. Alle zaken zijn eigendom van hem en hij verdeelt deze onder de leden van de familie. Hij kan recalcitrante familieleden bestraffen en de zwaarste straf is het buiten de familie zetten van de boosdoener. Niettemin hecht deze patriarch grote waarde aan het familieberaad, die bijeenkomt als het om belangrijke zaken gaat.
Meerdere families vormen een dorp. Aan het hoofd daarvan staat de dorpschef, die zich met alle zaken de gemeenschap als geheel betreffend bezig houdt. Hij wordt daarin bijgestaan door een ‘raad van oudsten’. Naast deze chef vindt men in diverse delen van het land de zogenaamde Chefs de Terre, die zich met grondzaken bezig houden. Verdeling van de landerijen, maar ook, waar iemand begraven mag worden en welke riten er uitgevoerd moeten worden.
Reeds eerder werd opgemerkt, dat een aantal dorpen weer verenigd is in een kanton, waar ook weer een chef, met als aanspreektitel ‘koning’, aan de leiding gaat. Deze benoemd nieuwe chefs in dorpen waar deze positie vacant is geworden. Hij doet dit, na consultatie van zijn ‘ministers’, dit is ook weer een raad van oudsten. Dan wordt besloten wie van de sollicitanten de nieuwe chef van het dorp in kwestie gaat worden. Dat daarbij geld van eigenaar wisselt… het hoort erbij.